De Woensdagaffaire #11

Ode aan Melly Shum

Het kunstwerk dat me het meest een gevoel van vrijheid geeft, is het werk van Jean Dubuffet (1901-1985) dat in de tuin van het Kr?ller-M?ller museum staat. Deze “Jardin d’?mail” (1973) zoals Dubuffet het noemt, neemt flink ruimte in en bestaat uit een soort puzzelstukken, wit met zwarte randen waar je overheen kunt lopen als een poppetje in een maquette. Als de zon schijnt, schittert het wit in je ogen. Ik zou er graag naast willen wonen, het elke dag willen zien en dan denken: het kan! Zo kan het ook!
    Vroeger stond er ook ??n, maar kleiner en iets minder aansprekend (vanwege superhoge concurrenten) aan de voet van de Twin Towers in New York. De ?maillen tuin roept bij het zien ervan enorme opluchting op en het is jammer dat we er niet meer van hebben, en dichter bij huis.

    Een heel andere ervaring deed ik op bij het zien van een ‘billboard’ dat sinds 1990 zit vastgeplakt aan de gevel van een zijstraat van de Witte de Withstraat in Rotterdam. Daarop zie je een vrouw aan een bureau zitten. Ze kijkt je niet onvriendelijk aan, maar door de tekst ernaast, (minstens zo groot als de foto), ga je zoeken naar benauwde trekken op haar gezicht.
“Melly Shum HATES her job”, staat er. Wat ze precies voor werk doet, is niet duidelijk. Iets op een kantoor, ergens. Soms denk ik: ik hoop maar dat haar werk niets met dieren te maken heeft, maar het doet er eigenlijk niet toe dat we niet te weten komen wat de aard van haar werk is, het draait erom dat ze het haat. Ze zit vast in dit werk, ze kan haar ontslag niet nemen en moet ermee doorgaan tot ze helemaal ziek en verkruimeld is. Haar werkgever, daarvan ben ik overtuigd, is een boerenlul vergelijkbaar met de baas van X, die overwerk in appelflappen uitbetaalt. Zulke hufters heb je overal natuurlijk, en geen klok luidt hard genoeg om de situatie te veranderen. Haar werkgever kan z’n gekte blijven uitleven, ook al worden alle werknemers er ziek van. (Denk aan The Office - niet voor niets een succesrijke tv-serie. )
    Een beetje jammer vind ik het gebruik van kapitalen in de tekst. Had de kunstenaar, de Canadees Ken Lum (1956), onderkast gekozen voor het woord “hates”, dan was het werk als geheel subtieler geweest. Nu is de tekst vet aangezet, iets te vrolijk en meer passend bij een strip waarin de hoofdpersonen van een flat kunnen vallen, een deuk in het wegdek slaan en dan gewoon doorlopen. De foto daarentegen is precies goed.
    Er is een tijd geweest dat ik ‘s nachts brieven schreef aan Melly Shum. Afhankelijk van het uur waarop - vier uur ‘s nachts is zo’n beetje het dieptepunt van de slapeloze - werden die brieven lang of kort. In de lange veel onherbergzame details over m’n werk, de korte een samenvatting van stress en ergernissen. Steevast eindigden die brieven met: Ik hoop dat we allebei snel ander werk vinden, Yours Truly, M.V.
    Daarna kwamen ze terecht op de postberg. Het voordeel van brieven schrijven en niet versturen is dat het net lijkt of je iets aan de situatie kan doen; of je actief ??n en ander verandert aan de echte werkelijkheid, want er bestaat altijd de mogelijkheid de brief inderdaad op de bus te doen en dan te denken dat je woorden de gewenste indruk maken. Een verstandig mens post zulke brieven niet om redenen die overduidelijk zijn: je gunt iemand een te ruime blik in je dooie hoek. En zelfs begripvolle (want niet-bestaande) Melly kan zoiets te veel worden.
    Gelukkig doe ik nu al jaren ander werk. Maar Melly niet, die hangt er nog steeds, gewond aan ??n oog ook nog. Dat gat is er door vandalen in gemaakt, misschien HATEN zij Melly, omdat ze weten wat voor werk ze doet.

image


image


| mv | Wed, 26 Jul 2006 |